De ‘triple helix’ van de Nederlandse biowetenschappen
[gedenkboek bij 75 jaar Nederlandse Vereniging voor Biochemie en Moleculaire Biologie] (NVBMB, 2002).
In de ontwikkeling van de biochemie in Nederland na de Tweede Wereldoorlog zijn een drietal dimensies te onderscheiden: ten eerste de kennisontwikkeling op het gebied van de biochemie; ten tweede de veranderende financiering en sturing van het biochemisch onderzoek; en ten derde de toenemende relevantie van dit onderzoek voor de maatschappij. In deze zin is de geschiedenis van de biochemie illustratief voor een aantal algemene tendensen omtrent de ontwikkeling van de wetenschap in de tweede helft van de twintigste eeuw die in de eerste hoofdstukken van dit boek zijn geschetst.
Dat deze dimensies in de biochemie zo nadrukkelijk aanwezig zijn is onder meer toe te schrijven aan haar interdisciplinaire karakter. De opkomst van de biochemie als studie van de biologie vanuit een (fysisch-)chemische invalshoek hield in dat zij zich, als per definitie, buiten de disciplinegewijs gebaande paden en structuren begaf. De biochemie als interdisciplinaire wetenschapsbeoefening was enerzijds afhankelijk van een verankering in de basisdisciplines, terwijl anderzijds de overstijging van deze meervoudige basis de biochemie velerlei mogelijkheden bood. Omdat levende organismen zo'n belangrijke rol spelen in sectoren zoals de landbouw, het milieu, en bij ziekte en gezondheid, bood en biedt de scheikundige studie van 'het leven' geschikte aangrijpingspunten en sturingsmogelijkheden ten behoeve van die maatschappij.